Voor de rubriek "Generatie Gesprekken" interviewt Proudies maandelijks twee bijzondere mensen met gemeenschappelijke interesses, maar uit verschillende generaties. Deze maand spreken we met Peter (65 jaar, babyboomer) en zijn dochter Zita (29 jaar, millennial), via Google Meets want Zita woont aan de andere kant van de wereld. Peter reisde in de jaren '80 door grote delen van Latijns-Amerika. Zijn dochter Zita woont nu al acht jaar in Antigua, Guatemala. Wat leren ze van elkaar? Inspireren ze elkaar? En hoe kijken ze naar reizen, zowel in de jaren '80 als in 2024?
Zita: “Mijn vader is een actief en energiek persoon die positief in het leven staat en altijd een oplossing weet te vinden voor alles wat op je pad komt. Hij geniet van de kleine dingen in het leven.” Peter: “Zita is een ontzettend lieve dochter. Laatst las ik ergens een quote waar een vader schreef: ‘Ook al ben ik ouder, je hebt al dingen bereikt die ik zelf nooit zal bereiken.’ Zita heeft de moedige stap gezet om in Guatemala te gaan wonen met haar partner Mayko Ze moet telkens weer barrières overwinnen, en elke keer lukt dat haar. Dat vind ik heel moedig, en ik ben apetrots op mijn dochter.”
Zita merkt meteen op dat haar vader altijd zo positief in het leven staat. Peter geeft toe dat hij vooral bezig is met de dagelijkse dingen die hem energie geven. Om Zita, die aan de andere kant van de wereld woont, toch verbonden te houden, houdt Peter een weekdagboek bij. Elke dag schrijft hij iets over zijn dag en op deze manier probeert hij Zita deel te laten uitmaken van zijn dagelijkse leven. De credits geeft hij echter aan zijn vrouw Wilma. Volgens hem is zij de expert in lange telefoongesprekken met hun dochters.
Wat wel duidelijk is, is dat ze allebei een sterke liefde voor het continent delen. Peter: “Het is eigenlijk heel grappig. In het begin vroeg iedereen: ‘Wanneer komt Zita terug naar Nederland?’ Nu woont ze al acht jaar in Guatemala, en mensen zeggen steeds vaker: ‘Zita woont daar natuurlijk omdat jij vroeger ook naar Latijns-Amerika ging!’”
Peter vertelt hoe hij in de jaren '80 bekend raakte met Zuid-Amerika via onder meer zijn werk in een wereldwinkel. Hij begon te schrijven over de politieke situatie daar en raakte geïnspireerd door schrijvers en muziek uit de regio. Toen hij een advertentie zag voor een zeven maanden durende expeditie door Zuid-Amerika met een omgebouwde vleeswagen, wist hij meteen: ‘Daar moet ik bij zijn!’ Zijn ogen beginnen nog steeds te stralen als hij het vertelt.
Zita lacht: “Ik zeg altijd dat het er niets mee te maken heeft, maar misschien toch wel een beetje.” Ze legt uit hoe ze al van jongs af aan de droom had om voor Unicef te werken. “Ik was ongeveer dertien jaar toen ik mijn eerste e-mail naar Unicef stuurde om te vragen wat ik moest studeren om daar te kunnen werken. Uiteindelijk koos ik voor Latijns-Amerika Studies, omdat dat me het leukste continent leek.” Misschien hadden haar vaders reisverhalen er iets mee te maken, of de vele vakanties naar Spanje, waar ze de taal leerde waarderen. Peter: “Alleen al door dit gesprek krijg ik weer zin om de Andes-landen te bezoeken. Dat gevoel zit diep. Destijds pakte ik mijn rugzak en ging zeven maanden weg, met de gedachte: ‘Het komt wel goed!’”
Zita herkent zichzelf meteen in zijn woorden: “Ik denk dat ik dat van jou heb, dingen doen zonder er te veel over na te denken. Maar jij bent nog avontuurlijker.”
Zita: “Veel meer mensen van mijn leeftijd reizen nu, maar vaak zien ze een cultuur niet écht. Ze zijn ergens twee of drie weken en dat is het. Als je ergens echt woont, ga je de diepere lagen van een land begrijpen. Veel reizigers zeggen bijvoorbeeld over Antigua: ‘Wat is het hier mooi, kleurrijk, en goedkoop!’ Maar ik zie ook de armoede en ongelijkheid. Tegenwoordig kun je alles online boeken, van hotels tot vervoer, maar Guatemala is niet altijd veilig. Je kunt niet zomaar naar de hoofdstad gaan.”
Peter: “Ik heb ontzettend dierbare herinneringen aan mijn reizen, maar het is moeilijk om te zeggen welke tijd het beste was. Ik heb prachtige dingen gezien, maar ook schrijnende situaties. Tegenwoordig heeft reizen zijn eigen voordelen, vooral met de online wereld. Maar massatoerisme is wel een probleem geworden.”
Zita knikt instemmend: “Hier zie je veel gentrificatie. Het centrum van Antigua is vol buitenlanders en de lokale bevolking wordt steeds verder naar buiten geduwd. De huurprijzen zijn nu makkelijk 2000 dollar per maand, wat hier heel veel is.”
Peter: “Het is daar echt een openluchtmuseum geworden. Kleinschalig en idyllisch, maar net als in Amsterdam wordt het echte leven uit het centrum geduwd.”
Zita: “Maar pap, jij reisde 30 jaar geleden naar landen in burgeroorlog! Wie doet dat nu? Jij was in Guatemala tijdens de burgeroorlog. Ik zou nu niet naar Venezuela gaan. Jij was in al die landen toen de geschiedenis gemaakt werd. Het was gevaarlijk! Voor een vrouw zou het misschien nog moeilijker en gevaarlijker zijn om zo'n reis te maken.”
Het herinnert Peter de reizen die hij met zijn vrouw maakte naar Pakistan, waar mannen zo anders werden behandeld dan vrouwen. Hij vertelt dat ze soms achter een douche gordijn moesten eten, zodat zijn vrouw niet zichtbaar was en hoe zijn vrouw in de snikhete bus moest blijven zitten en moest toekijken hoe de mannen -al liggend op een bed- thee met elkaar dronken.
Zita: “Hier worden mensen minder oud. Je ziet weinig oudere mensen en als ze er zijn, wonen ze vaak bij hun kinderen, omdat er geen overheidssteun is. Ouderen werken hier vaak lang door, bijvoorbeeld door ijsjes of nootjes te verkopen op straat. Generaties ondersteunen elkaar, maar op een andere manier dan in Nederland. Hier zorgen kinderen voor hun ouders, terwijl in Nederland vaak volwassen kinderen nog dingen van hun ouders krijgen.”
Peter: “In Nederland zijn er veel mantelzorgers die met volle liefde en overtuiging voor hun ouders zorgen. En het komt deels ook door de omstandigheden, zoals het wegsaneren van bejaardentehuizen. Ouderen zijn vaak op 80-jarige leeftijd nog opvallend fit, er wonen echter ook steeds meer 90-plussers nog thuis. Dan springen veel kinderen bij (die dan ook al vaak boven de 60 zijn). Wat we hier wel hebben, hoewel het minder is geworden, is een vangnet!”
Zita: “De werkethiek van mijn vader. Jongere generaties kunnen daar iets van leren. Ik merk het vooral omdat ik hier hard moet werken. In Nederland is er een groot vangnet. Veel van mijn vrienden werken parttime, maar hebben het toch zwaar. Ze hebben twee dagen per week vrij, dat heb ik niet! Ik denk ook dat mensen in mijn vaders generatie meer voor elkaar klaarstonden. Helaas wordt het ook in Guatemala steeds individualistischer.”
Peter: “Er zijn nu vier generaties op de werkvloer. Bij de jongste generatie zie ik inderdaad meer individualisme, maar dat kan positief zijn. Jongeren hechten minder waarde aan hiërarchie en zijn vaak begaan met grote kwesties zoals klimaatverandering. Wat ik mooi vind aan jouw generatie, Zita, is de snelheid van schakelen en flexibiliteit. De enige constante in het leven is verandering, en dat begrijpen jullie goed.”
Zita: “Dat is hier ook heel anders. Deze samenleving is heel hiërarchisch; mensen durven bijvoorbeeld niet eerder naar huis te gaan dan de baas, ook al zijn ze al klaar met werken.”
Zita: “Hard werken kan soms ook te veel zijn. Mijn vader was altijd vroeg de deur uit, nam soms geen tijd voor lunch en kwam pas om zes uur 's avonds weer thuis. Dat hoeft niet meer zo. Je kunt ook hard werken binnen de uren die je hebt.”
Peter: “Dat is heel wijs van je. Ik ga er niet te veel op in, want ik geef je gelijk. Maar als je energie uit je werk haalt, ligt het wel wat anders.”
Zita: “Het gaat om de mindset van hard werken, maar het moet niet ten koste van jezelf gaan. Zelfontwikkeling is belangrijk, en je moet je grenzen kunnen aangeven, weten hoeveel je kunt doen op een dag. Jij (kijkt naar Peter) kunt echt niet niks doen! Mijn generatie kan dat wel. Als ik op de bank zat en jij vroeg: ‘Wat ga je doen?’ dan antwoordde ik vaak: ‘Helemaal niks!’” Beiden lachen. Peter geeft toe dat ze een punt heeft, en dat het goed is dat deze generatie beter is in "niks doen". Hij is nu ook bewuster bezig met rust nemen, door telefoon vrije dagen in te lassen of de tijd te nemen voor een goed boek, wandelen, hardlopen etc.
Het gesprek gaat nog even door, want zowel Peter als Zita lijken helemaal op te bloeien, en bovendien wordt ook de verjaardag van Wilma online gevierd. Hoewel Peter en Zita ieder hun eigen kijk hebben op het leven, reizen en werken, blijven ze elkaar inspireren, zelfs aan de andere kant van de wereld.
Over welk onderwerp zou het volgende generatiegesprek moeten gaan? Laat het de Proudies redactie weten: redactie@proudies.nl