Stel je voor, je hoort ergens bij: je bevindt je op het autisme spectrum, je hebt een borderline persoonlijkheidsstoornis, of je bent een sociopaat. Zodra je er zeker van bent dat dit is wie je bent, heb je een persoonlijk belang in een systeem dat soms rammelt.
Het benoemen van iets—het onderscheiden van de rest van het bestaan en het toekennen van een label—is een fundamentele daad. Het is het begin van begrip en controle. In Genesis, het eerste wat God deed na het scheiden van licht en duisternis, was het licht “dag” en de duisternis “nacht” noemen. Nadat Adam was geschapen en vrijgelaten in de Hof van Eden, was zijn oorspronkelijke taak menselijk label-maker. God bracht hem wezens “om te zien hoe hij ze zou noemen; en hoe de man elk levend wezen noemde, zo heette het.”
Het proces van etikettering en categorisatie is diepgeworteld in onze menselijke natuur en cultuur. Van jongs af aan leren we namen te geven aan de dingen om ons heen, wat ons helpt de wereld te begrijpen en ermee om te gaan. Maar wat gebeurt er als we deze gewoonte toepassen op onze eigen geestelijke gezondheid?
De Opkomst van Psychiatrische Identiteiten
In de afgelopen decennia is er een opvallende verschuiving geweest in hoe mensen zich verhouden tot psychiatrische diagnoses. Waar psychiatrische labels vroeger voornamelijk door professionals werden gebruikt om aandoeningen te categoriseren en behandelingen te bepalen, zien we nu dat mensen deze labels steeds vaker zelf omarmen als identiteiten.
Deze trend kan deels worden verklaard door de toegankelijkheid van informatie. Met de opkomst van het internet en sociale media is het makkelijker dan ooit geworden om informatie te vinden over verschillende mentale aandoeningen. Mensen kunnen symptomen opzoeken, verhalen van anderen lezen en communities vinden van mensen die hetzelfde doormaken. Dit kan enorm krachtig zijn voor het gevoel van erkenning en gemeenschap.
Daarnaast biedt een diagnose vaak een vorm van verklaring en opluchting. Voor veel mensen is het een bevestiging dat ze niet “gek” zijn, maar dat er een naam is voor wat ze ervaren, en dat ze niet de enige zijn. Het label geeft een gevoel van identiteit en hoort erbij.
De Gevaren van Zelfdiagnose
Echter, het omarmen van een psychiatrisch label als identiteit is niet zonder risico’s. Het diagnosticeren van mentale aandoeningen is een complex proces dat deskundigheid vereist. Zelfdiagnose op basis van informatie van het internet kan leiden tot misverstanden en verkeerde zelfbeelden. Bovendien kunnen mensen zich onnodig beperken door zichzelf te definiëren door een label. Ze kunnen het gevoel hebben dat hun diagnose hen volledig bepaalt en vergeten dat ze meer zijn dan hun aandoening.
Daarnaast is het psychiatrische systeem zelf verre van perfect. Diagnostische criteria veranderen en evolueren, en er zijn vaak grijze gebieden en overlap tussen verschillende aandoeningen. Door te sterk te hechten aan een label, nemen mensen een persoonlijke stake in een systeem dat voortdurend in beweging is en vaak bekritiseerd wordt vanwege zijn beperkingen en tekortkomingen.
Een Gebalanceerde Benadering
Het is belangrijk om een balans te vinden tussen erkenning en identificatie. Het kan heilzaam zijn om een naam te hebben voor wat je doormaakt, maar het is essentieel om te onthouden dat een diagnose slechts een deel van je verhaal is. Het is een hulpmiddel voor begrip en behandeling, niet een volledige definitie van wie je bent.
Professionele begeleiding kan helpen om deze balans te vinden. Door samen te werken met therapeuten en andere zorgverleners, kunnen mensen een genuanceerder beeld krijgen van hun mentale gezondheid en leren hoe ze met hun aandoening kunnen omgaan zonder zichzelf te beperken tot een label.
In de kern draait het om zelfbewustzijn en zelfacceptatie. Labels kunnen een startpunt zijn voor begrip, maar het zijn onze acties, keuzes en relaties die ons echt definiëren.