De Biënnale van Venetië is een tweejaarlijkse megatentoonstelling. De eerste editie was in 1895. Naast de landententoonstellingen is er elk jaar een grote thematische tentoonstelling. Die is dit keer samengesteld door de Braziliaanse curator Adriano Pedrosa, directeur van het Museu de Arte de São Paulo. Hij koos als thema voor zijn tentoonstellingen ‘Vreemdelingen overal’. Dit jaar is het de 60ste editie, omdat de tentoonstelling niet iedere twee jaar getoond kon worden van 1895 bijvoorbeeld vanwege oorlogen, en het is te zien van 20 april tot en met 24 november.
Het belangrijkste punt op de Biënnale is de Giardini della Biennale. Dit is een parkgebied, dat eerst moerasgebied was maar is drooggelegd door Napoleon Bonaparte aan het begin van 19de eeuw. De Giardini is ook dichtbij vele trekpleisters en ligt aan de oevers van de Bacino di San Marco, een smalle strook water die de tuinen scheidt van het San Marcoplein en het Dogenpaleis. Er zijn in de tuinen zo’n dertig permanente paviljoenen te vinden, waarvan één het centrale paviljoen is. Elk ander paviljoen is toegewezen en ontworpen door een specifiek land, en tijdens de biënnale tonen deze landen kunstwerken van toonaangevende hedendaagse kunstenaars uit hun eigen land. Verschillende van de paviljoenen zijn ontworpen door toonaangevende architecten uit de 20e eeuw, zo is het Nederlandse paviljoen bijvoorbeeld door Gerrit Rietveld ontworpen.
Naast de Giardini zijn er in de stad ook andere paviljoenen en tentoonstellingen te bezoeken. De nationale paviljoenen die geen plekje hebben op de Giardini zijn verspreid door de stad en tonen vaak één of meerdere kunstenaars. Als laatste heb je ook onafhankelijk georganiseerde tentoonstellingen. Deze zijn dan wel officieel goedgekeurd en worden Collateral Events genoemd. Naast de Biënnale zijn er ook andere tentoonstellingen en evenementen gepland die gelijktijdig plaatsvinden, maar die niet officieel deel uitmaken van de Biënnale. Deze kunnen variëren van exposities door individuele kunstenaars, musea en stichtingen in de stad tot commerciële galerijen. Verder zijn er optredens, paneldiscussies, filmvertoningen, diners en feesten die de kunstscene van de stad tot leven brengen.
Wat is er eigenlijk te zien in het Nederlands Paviljoen? Het paviljoen is dus ontworpen door Rietveld en te vinden op het Giardini. Dit jaar is er een vrij a-typische Nederlandse inzending, alleen de curatoren zijn namelijk Nederlands en de kunstenaars niet. Renzo Martens heeft als curator, samen met Hicham Khalidi, de directeur van de Jan van Eyck Academie in Maastricht, het Congolese kunstenaarscollectief CATPC (Cercle d’Art des Travailleurs de Plantation Congolaise) uitgenodigd. Martens werkt al vanaf 2014 samen met CATPC en richtte op een voormalig Unilever-plantage in Lusanga (Congo) een klein museum op genaamd White Cube. Hier presenteren de kunstenaars sculpturen van klei, cacao en palmolie en met de opbrengst van de kunstwerken kopen ze land terug van de voormalige plantage. In het Nederlands Paviljoen zijn ook dit zelfde type beelden te zien en is er een directe videoverbinding met een tentoonstelling in de White Cube in Lusanga. Ook zijn de materialen van de beelden, zoals cacao en palmolie, een directe verwijzing naar goedkope arbeid, bevuilende industrieën en de uitbuiting van land. Dit zijn ook zaken waar het Westen juist van profiteert en dit wil CATPC aankaarten. Daarom is druipende palmolie ook ingezet om het paviljoen te decoreren, maar krijgt het daardoor juist een ‘viezige’ en ‘unheimische’ uitstraling.
Naast deze activistische Nederlandse inzending is er een nog grotere controversiële happening op de Biennale. Het Israëlische Paviljoen blijft voorlopig namelijk gesloten, zoals besloten door de Israëlische delegatie zelf. Dit besluit volgde op oproepen van duizenden kunstenaars eind februari om Israël te boycotten vanwege de oorlog in Gaza. De curatoren en kunstenaar van de Israëlische delegatie hebben besloten hun tentoonstelling niet te openen en dit alleen te doen wanneer er een staakt-het-vuren komt en wanneer de gijzelaars in Gaza worden vrijgelaten.
Naast de controverse in het Israëlische Paviljoen is ook het Russische Paviljoen omstreden vanwege de oorlog met Oekraïne. Rusland heeft besloten hun paviljoen uit te lenen aan Bolivia dit jaar aangezien ze vanwege de oorlog niet mogen participeren in de tentoonstelling. Bolivia heeft geen eigen paviljoen op de Giardini en is dus blij met het aanbod. Rusland heeft Bolivia niet zomaar uitgenodigd voor het paviljoen, maar heeft zeer politieke redenen. Zo hebben ze hun oog laten vallen op de Boliviaanse lithiumvoorraden en met succes: in 2023 heeft Bolivia een overeenkomst gesloten om lithium te leveren aan Rusland. Lithium is belangrijk voor de productie van batterijen, maar ook in de kernenergie-industrie. De deal is daardoor zeer omstreden.
Zelf benieuw geworden en wil je de Venetiaanse Biennale bezoeken? De tentoonstellingen zijn tot en met 24 november te zien in de historische binnenstad van Venetië.