Met pensioen zijn is niet voor watjes. De agenda puilt uit van de afspraken, van een pizza-brainstormsessie met de vrijwilligers van de bibliotheek, de maandelijkse schrijfcafé- en leesclubsessies, tot en met het zoeken naar een nieuw bankstel, en dat terwijl er pas een maand verstreken is van het nieuwe jaar. Om met dat laatste te beginnen: een nieuw bankstel scoren vergt meer inspanning dan je denkt. Het afgelopen jaar kwam het onderwerp regelmatig aan de orde, maar werd het steeds op de lange baan geschoven, omdat het geen prioriteit heeft. Immers, het huidige exemplaar vertoont geen gaten, zakt niet door zijn voegen en qua zitcomfort valt er niets op aan te merken. Althans, dat vindt mijn echtgenoot en hij heeft helaas wel een punt.
Tussen mijn oren gebeuren er andere dingen. Het lichtgrijze exemplaar dat onze huiskamer domineert mag zo langzamerhand het veld ruimen. Saai, kleurloos en nog wat andere dingen maken dat de liefde een beetje over is. Recent kwam het onderwerp weer ter tafel. Ik had argumenten nodig om mijn wens kracht bij te zetten en na lang speuren ontdekte ik op de achterkant van de bank een door zonlicht verkleurde streep. Tijd voor een nieuwe bank! Maar dan: tweezitter of driezitsbank? Strak design of weelderig pompeus? Stof of leer? Het meubelstuk in spé moest sowieso live worden getest. Ooit stelde ik namelijk voor een bank online aan te schaffen, waarmee mijn echtgenoot, het gezeur zat, mokkend akkoord ging. Foutje mijnerzijds. Tenzij je het leuk vindt om kruipend uit je hippe loungebank overeind te komen. Of een rugblessure op te lopen door de robuuste, maar net iets te stevige rugleuning. De online omschrijving bij ons exemplaar luidde: uit dit bankstel wil je nooit meer opstaan. Dat klopte als een bus. Het aldus aangeschafte exemplaar stond binnen een jaar op Marktplaats.
Het alternatief: de meubelboulevard. Als je de advertenties moet geloven een geliefd uitje voor het gehele gezin, bij voorkeur op zon- en feestdagen. Wij kozen, praktisch als we zijn, voor een doordeweekse middag om ‘even’ een nieuw zitmeubel aan te schaffen. Kiezen op elkaar, snel beslissen en wegwezen. Al bij de eerste de beste meubelzaak sloeg de twijfel toe. Zo’n vijftig banken in verschillende opstellingen, strategisch neergezet, waardoor je verdwaalt vanwege de doorsteekjes. De eerste drie banken zaten voor geen meter en bank nummer vier kon er mee door, maar was niet in de gewenste stof (velvet) en kleur (donkergroen) verkrijgbaar. Grijs in alle varianten, maar zoiets staat nu in onze huiskamer. Vijftien zit-sessies verder troffen we een aardig exemplaar. De verkoper vertelde ons echter dat deze bank onmogelijk in onze lift zou passen en dat de bezorgers de bank echt niet tweehoog naar boven sjouwen. Iets met Arbo wetgeving. Hij had al snel door dat hij met twijfelkonten te maken had, liet het klantvriendelijke praatje inclusief kopje koffie achterwege en stortte zich vol overgave op een ander stel, dat duidelijk meer kooplust uitstraalde dan wij. In de daaropvolgende meubelzaak gebeurde het tegenovergestelde: de verkoper had behoefte aan een praatje en kletste ons de oren van het hoofd, volkomen voorbijgaand aan het feit dat we voor een bank kwamen. Aardige man en iemand met een bewogen leven achter de rug, dat moet gezegd. Na zijn levensverhaal hadden we echter niet meer de energie om nog rond te kijken. De dagen erna moesten we concluderen dat de ideale bank blijkbaar niet bestond. Na het zoveelste bezoek aan een troosteloze meubelboulevard werd ik zowaar weer enthousiast over ons huidige exemplaar.
Mocht je je afvragen of er nog een nieuwe bank komt: ja, die is onderweg. De hernieuwde liefde voor het huidige exemplaar duurde anderhalve dag, dus besloten we de verhalen van de aardige verkoper maar weer voor lief te nemen. Boven verwachting vonden we daar uiteindelijk de bank die in alle opzichten afwijkt van wat we in ons hoofd hadden. Niets veranderlijker dan de mens. Nu nog afwachten of ‘ie straks wel in de lift past.
Meer lezen van Patty?