Lijstjes met goede voornemens, dingen die je achter probeert te laten in het afgelopen jaar én natuurlijk nieuwe deuren die open zullen slaan; ze horen allemaal bij de aftrap van een nieuw kalenderjaar. Zo’n jaar gaat eveneens gepaard met nieuwe regels en wetten en omdat we begrijpen dat je soms even het overzicht kwijtraakt, lichten we de wetten die relevant zijn voor jou even toe!
Het maximumtarief voor gas en elektriciteit is niet langer van kracht. Bovendien lijkt het niet meer strikt noodzakelijk, aangezien de energietarieven bij de meeste aanbieders momenteel gelijk zijn aan of zelfs onder het voormalige maximumtarief liggen. Of deze tarieven in de toekomst weer zullen stijgen tot ver boven het voormalige maximumtarief of juist zullen dalen, blijft natuurlijk onzeker. Voor wie zich zorgen maakt over mogelijke tariefsverhogingen, is het overwegen van een vast contract een optie.
Het demissionaire kabinet wijzigt enkele belastingtarieven en belastingkortingen, waaronder de arbeidskorting en de belastingschijven. Deze aanpassingen resulteren voornamelijk in een positief effect voor lagere inkomens. Hoewel hogere inkomens ook profiteren, is de verbetering minder uitgesproken dan het geval zou zijn geweest zonder deze aanpassingen.
Dit verschil komt voornamelijk voort uit de minder aanzienlijke verhoging van de grens van de tweede belastingschijf ten opzichte van het oorspronkelijke plan. De grens bedraagt momenteel 73.032 euro dit jaar, waarbij een bruto inkomen boven deze grens belast wordt met het hoge tarief van 49,5 procent. Vanwege een inflatiecorrectie was de geplande stijging van deze grens naar 80.262 euro. Echter, het kabinet heeft ervoor gekozen om geen volledige inflatiecorrectie toe te passen, waardoor de grens uiteindelijk naar 75.518 euro stijgt.
De belasting op het rendement op spaargeld, aandelen en andere bezittingen wordt verhoogd van 32 naar 36 procent. Hoewel het kabinet aanvankelijk streed voor een stijging naar 34 procent, heeft een meerderheid in de Tweede Kamer ingestemd met een extra verhoging.
Het verwachte rendement waar de Belastingdienst vanuit gaat, ondergaat ook een wijziging. Voor spaargeld bedroeg dit in 2023 slechts 0,01 procent, maar door de stijging van de spaarrente wordt dit voor 2024 nu vastgesteld op 1,03 procent. Daarentegen daalt het veronderstelde rendement voor beleggingen zoals aandelen en andere bezittingen licht, van 6,17 naar 6,04 procent. De vermogensrendementsheffing is alleen van toepassing op vermogen boven 57.000 euro.
Er zijn enkele wijzigingen aangebracht in het basispakket van de zorgverzekering. Voortaan wordt hulp bij het voorkomen van vallen opgenomen in het basispakket voor bepaalde ouderen. Deze aanvulling is van toepassing op ouderen die een hoog risico lopen op vallen en tevens kampen met andere lichamelijke of psychische problemen.
Daarnaast wordt de inzetbaarheid van kraamzorg flexibeler gemaakt. Nu is het mogelijk om tot maximaal zes weken na de bevalling kraamzorg te ontvangen, in tegenstelling tot de eerdere limiet van tien dagen na de bevalling. Het maximale aantal uren kraamzorg blijft ongewijzigd op 80.
De energiebelasting op aardgas zal enigszins stijgen, terwijl de energiebelasting op elektriciteit juist lichtelijk daalt. Deze maatregel is bedoeld om de overgang van huishoudens naar alternatieven voor aardgas te bevorderen, zoals het gebruik van een warmtepomp in plaats van een traditionele cv-ketel.
Tegelijkertijd wordt de jaarlijkse korting op de energiebelasting verhoogd, van 603,04 euro naar 631,35 euro. Dit vaste bedrag wordt direct afgetrokken van de energiebelasting die consumenten betalen.
De boetebedragen worden opnieuw aangepast. Bijvoorbeeld, de boete voor het overtreden van een rood verkeerslicht met de auto stijgt van 280 euro naar 300 euro. Daarnaast wordt het gebruik van een telefoon tijdens het fietsen beboet met 160 euro, in tegenstelling tot het eerdere bedrag van 150 euro.
Vanaf nu hebben kinderen de mogelijkheid om zowel de achternaam van de moeder als de vader of duomoeder te dragen, en dit in een zelfgekozen volgorde. Voorheen kon men slechts kiezen voor de achternaam van de geboortemoeder óf die van de vader of duomoeder.
Bijvoorbeeld, het kind van Tineke Jansen en Hugo Rodriguez kan de achternaam Jansen Rodriguez, Rodriguez Jansen, Jansen, of Rodriguez aannemen. Deze keuze is van kracht voor geboortes vanaf 1 januari. Bovendien is er gedurende één jaar nog de mogelijkheid om deze keuze met terugwerkende kracht toe te passen op kinderen die op 1 januari 2016 of later zijn geboren. Het is echter belangrijk op te merken dat alle kinderen van hetzelfde koppel dezelfde achternaam moeten krijgen.
Voor diegenen die al een dubbele achternaam hebben en kinderen krijgen, geldt een maximum van twee naamdelen. Hoewel je de keuze hebt, zullen er naamdelen moeten vervallen om tot de nieuwe gecombineerde achternaam te komen.
Wat betreft de AOW-leeftijd, stijgt deze van 66 jaar en 10 maanden naar 67 jaar. Pas in 2028 vindt verdere verhoging plaats, naar 67 jaar en 3 maanden.