Tatoeages. Als jong meisje vond ik ze al prachtig. Het maakte me niet zoveel uit wat ze voorstelden. Het ging om de onmiskenbare stoerheid die ze uitstraalden. Terwijl mijn vrienden zich uitleefden op Puch-brommers en hun vetkuiven showden, droomde ik over die ene jongen. Hij had een motor, een stoer leren jack, was fan van de Rolling Stones en had -natuurlijk- een tattoo.
Op een zorgvuldig gekozen moment bracht ik het onderwerp ter sprake bij mijn ouders. Ze reageerden geschokt. Een tatoeage? Dat was voor hen ondenkbaar! Ze vonden het vreselijk ordinair. In onze sociale kringen had niemand een tattoo. Ja, de buurjongen had een anker op zijn bovenarm, maar hij was dan ook een zeeman. Hoe ik ook mijn best deed, het antwoord bleef altijd een onwrikbaar “nee”. “Hou erover op, je gaat het niet doen,” zeiden ze steevast.
Ik trouwde, kreeg kinderen, en de tattoo-wens verdween naar de achtergrond. Met mijn ouders bleef het onderwerp onbespreekbaar. Tatoeages associeerden zij met voetbalhooligans. Het was en bleef iets ordinairs. Ik respecteerde mijn ouders te veel om tegen hun gevoelens in te gaan. Zolang zij leefden geen tatoeage voor mij.
Op 20 februari 2012 overleed mijn moeder, ruim twintig jaar nadat mijn vader ons had verlaten. Op 24 april van datzelfde jaar liet ik als vrouw van 63 eindelijk mijn eerste tatoeage zetten. Mijn keuze viel op het astrologische symbool voor de leeuw, het sterrenbeeld van zowel mijn moeder als mijzelf. Het stond symbool voor onze innerlijke kracht.
“Pas maar op, het is verslavend”, waarschuwden tattooliefhebbers me. Maar ik wist het zeker, het zou bij deze ene tatoeage blijven. Tot november 2020.
Het bericht trok direct mijn aandacht:
“Zaterdag 12 december transformeert het Mauritshuis in Den Haag voor één dag in een tattoostudio voor Human Rights Tattoo. Deze internationale organisatie wil mensen bewuster maken van het belang van universele mensenrechten. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens bestaat uit 6.773 letters en elke letter uit die verklaring krijgt een eigen 'ambassadeur'. De letters zullen één voor één wereldwijd op het vel van 6.773 individuen worden getatoeëerd.”
Als je de trotse drager wilde worden van zo’n bijzondere letter, moest je een persoonlijke motivatie sturen aan Human Rights Tattoo. Ik greep direct mijn kans, schreef een vlammend betoog. Het eerste antwoord was nogal ontmoedigend. Er waren talloze andere gegadigden.
Maar toen verscheen het verlossende woord in mijn inbox:”Yes!” De rest van het bericht ontging me even. Yes! Dat was genoeg. Later die avond las ik het alsnog:“We are proud to let you know you are one of the 72 selected tattoo-members for the Mauritshuis- tattoo session on 12 December 2020.” Op mijn 71ste ging ik mijn tweede tatoeage laten zetten.
Deed mijn leeftijd ertoe? Voor mij helemaal niet. Lang niet iedereen dacht er zo over. De opmerkingen varieerden van:”Weet je wel hoe lelijk dat wordt als je huid gaat rimpelen?” Of: "Tatoeëren, dat doen alleen jonge mensen!” En ja, ook het woord ‘ordinair’ kwam weer bovendrijven. Het kon me niet schelen.
Na afloop van de indrukwekkende tatoeage sessie liep ik over het Plein in Den Haag. Mijn geboortestad was in kerstsfeer. Ik kon niet stoppen met kijken naar de bijzondere letter op mijn arm. Voelde me euforisch na een dag vol bijzondere ontmoetingen, interviews en gesprekken. Daar in de stad waar ik opgroeide wist ik me extra verbonden met mijn ouders. En ik voelde het. Ze zouden net zo trots zijn als ik op die bijzondere letter op de arm van hun dochter. Ordinair? Nee, prachtig!
Klik hier om naar de site van Humanrights tattoo te gaan.